Vrouwen vallen minder snel in slaap, maar slapen over het algemeen wel dieper. Ze recupereren dan ook sneller. Blijkbaar is er een slaapgenderkloof.
Vrouwen hebben meer tijd nodig om in slaap te vallen, maar hebben gemiddeld wel een betere slaapkwaliteit. Ze recupereren sneller omdat ze dieper slapen. Mannen hebben meer slaaptijd nodig. Toch geven vrouwen meer aan dat ze slaapproblemen hebben. De verschillen zijn bewezen op jongere leeftijd, maar het is niet zeker dat ze ook op oudere leeftijd voorkomen.
De vrouwelijke hormonen oestrogeen en progesteron hebben een belangrijke impact op de slaapkwaliteit. Een vrouw slaapt tijdens de eisprong net wat beter en ook in de periode dat het eitje zich innestelt stijgt de slaapkwaliteit. Tijdens de menstruatie kan de slaap dan weer verstoord worden. Mannen hebben geen cyclus en hebben daardoor geen hormonale storingen.
Ook tijdens de zwangerschap slapen vrouwen beter, ze hebben dan wel meer slaap nodig. Zwangerschapsklachten kunnen de slaap wel verstoren. Verder kunnen er ook in de menopauze slaapproblemen voorkomen. Nachtelijk zweten komt dan veelvuldig voor.
Slaapapneu is een aandoening die voornamelijk bij mannen voorkomt. De anatomie speelt daarbij een belangrijke rol. Na de menopauze komt het ook meer bij vrouwen voor. Slapeloosheid komt twee keer zo vaak voor bij vrouwen dan bij mannen. Vrouwen zijn voor een deel voorbestemd om slechter te slapen.